Huiseigenaren betalen dit jaar gemiddeld 3,4 procent meer onroerendezaakbelasting (OZB), blijkt uit het woonlastenonderzoek van Vereniging Eigen Huis in 345 gemeenten. Veldhoven springt er ongunstig uit met een stijging van de gemeentelijke lasten van 7,1 procent per meerpersoonshuishouden ten opzichte van 2021.
Huiseigenaren zijn in Veldhoven in 2022 804,59 euro kwijt aan woonlasten tegen 751,52 euro vorig jaar. Daarmee noteert Veldhoven in Noord-Brabant op twee plaatsen na de grootste stijging. Voor de OZB is dat 357,48 euro (was 334,16 euro in 2021), voor de afvalstoffenheffing 275,53 euro (was 241,98) en de rioolheffing 183,43 euro (was 186,32 euro). Landelijk is de gemiddelde stijging van de afvalstoffenheffing vier procent en gaat de rioolheffing bijna één procent omhoog. Net als vorige jaren zijn er ook nu weer grote uitschieters naar boven en beneden geconstateerd. Zo stijgt de OZB in Landsmeer met 31 procent het hardst (gemiddeld van 365 naar 478 euro, een toename van 114 euro), maar valt de OZB-aanslag in Weesp na de samenvoeging met Amsterdam 40 procent lager uit (gemiddeld van 270 naar 160 euro, een afname van 110 euro).
‘Het kabinet moet gemeenten structureel voldoende geld geven om opgedragen Rijkstaken zoals de jeugdzorg uit te voeren. Gebeurt dat niet dan is de kans groot dat steeds meer gemeenten de OZB moeten verhogen. Huiseigenaren laten opdraaien voor tekorten in de jeugdzorg is voor de vereniging onverteerbaar. Dat probleem moet op een andere manier worden opgelost,’ zegt directeur belangenbehartiging Karsten Klein van de Vereniging Eigen Huis. Veel gemeenten geven aan dat de OZB voor hen de enige mogelijkheid is om tekorten bij de uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning en jeugdzorg te dekken. Het kabinet kondigde in het coalitieakkoord een bezuiniging op de jeugdzorg aan van 500 miljoen per jaar vanaf 2025. De Eerste Kamer wil dat dit wordt teruggedraaid.
VEH doet jaarlijks onderzoek naar de gemeentelijke woonlasten; in december is een steekproef gedaan onder ruim 100 gemeenten en in februari een onderzoek onder alle gemeenten. Deze onderzoeken worden uitgevoerd door Marlyse Research. De gepubliceerde bedragen zijn gebaseerd op de tarieven die gemeenten hebben verstrekt en op de gemiddelde WOZ-woningwaarden van het Centraal Bureau voor de Statistiek. De cijfers van prijsstijgingen zijn afkomstig van toezichthouder De Waarderingskamer.