Op 23 mei 1922 komt Anneke Verhagen ter wereld op een boerderij in Veldhoven. 98 jaar woont ze er op verschillende locaties. Sinds 2 jaar is Huize Eresloo in Duizel haar thuis waar ze vandaag haar honderdste verjaardag vierde.
Ze groeit op met vijf broers en een zus in een protestants gezin. Al jong moet ze van school om thuis in het huishouden te helpen. Ze heeft het altijd jammer gevonden dat ze niet verder kon leren. In de oorlogsjaren leert ze Levien Cijsouw kennen. Hij kwam vanuit Zeeuws Vlaanderen en was in de kost in de pastorie in Veldhoven, om bij Philips te gaan werken. Op 9 januari 1946 trouwen ze. Ze krijgen een woning op de Locht. Daar worden de kinderen Ab, Anke en Aad geboren. In 1953 verhuist het jonge gezin naar d’Ekker waar de jongste zoon Levien ter wereld komt. In 1968 verhuist het gezin naar een groter huis in Veldhoven. Daar heeft Anneke tot 2020 zelfstandig gewoond. Haar man Levien overlijdt plotseling in 1995. Anneke heeft in totaal tien kleinkinderen en twee achterkleinkinderen.
Wordfeud
Jarenlang was ze lid van de Nederlandse Bond van Plattelandsvrouwen. Verder hield ze van koken eb bakken. Ze probeerde vaak, gestimuleerd door haar man, nieuwe recepten uit. Veel tijd besteedde ze aan haar hobby quilten. Tot voor enkele jaren deed ze dat nog met enkele vriendinnen. De liefde voor gedichten en lezen kreeg ze van huis uit mee. Nog steeds geniet ze van gedichten en literatuur. Op haar iPad speelt ze Wordfeud en zoekt ze informatie op over onderwerpen waarover ze meer wil weten. Ook kijkt of luistert ze via de iPad regelmatig de dienst van haar kerk.
Namens de gemeente Eersel kreeg Anneke een inlandse eik aangeboden die in de tuin van Huize Eresloo staat. Samen met de burgemeester onthulde de jarige een plaquette met daarop haar naam en de datum 23 mei 2022. Namens haar familie is er een bankje geplaatst.
Over hoe ze zo oud is geworden, is Anneke heel duidelijk: “Geluk hebben”. Verder heeft de geboren Veldhovense het prima naar de zin in Duizel. “Ik word hier heel goed verzorgd en geniet van de kleinkinderen.”
