HMB komt bij ongeveer 30% van alle vrouwen voor en heeft veel impact op hun kwaliteit van leven, zowel op fysiek als psychosociaal vlak. Vandaag, 7 mei, promoveert Máxima MC-onderzoekster Pleun Beelen met haar
onderzoek naar behandelingen van hevig menstrueel bloedverlies (HMB).
Ze onderzocht de effectiviteit en kostenefficiëntie van de hormoonspiraal en endometriumablatie als behandelingen om HMB te verminderen. Ook verschafte ze inzicht in voorkeuren die patiënten hebben voor deze behandelwijzen en identificeerde ze prognostische factoren voor de effectiviteit van de behandelingen.
Pleun Beelen: ”Veel vrouwen weten niet dat er verschillende behandelingen mogelijk zijn die het bloedverlies aanzienlijk kunnen verminderen. Er is meer aan te doen dan mensen denken. Goede informatieverstrekking over alle opties die er zijn is daarom belangrijk.” Met haar onderzoek levert ze daar een waardevolle bijdrage aan.
Kosten en baten in kaart gebracht
Haar onderzoek naar de effectiviteit van een hormoonspiraal versus endometriumablatie liet zien dat beide behandelingen leiden tot een sterke afname in het menstrueel bloedverlies, met een iets grotere afname in de endometriumablatiegroep. Vrouwen die behandeld werden met een hormoonspiraal hadden vaker een aanvullende behandeling nodig en een kwart van hen onderging alsnog een endometriumablatie. Slechts een klein percentage vrouwen in beide groepen onderging uiteindelijk een baarmoederverwijdering, dit percentage was vergelijkbaar tussen de beide groepen. Uit het onderzoek bleek verder dat de hormoonspiraal weliswaar kosteneffectiever is dan endometriumablatie, maar ook iets minder effectief in het verminderen van HMB.
Pleun Beelen onderzocht ook of vrouwen een voorkeur hebben voor een behandeling met de hormoonspiraal of endometriumablatie, en waarom. Uit haar onderzoek kwam naar voren dat vrouwen graag voor een behandeling zonder hormonen kiezen, met weinig bijwerkingen en waarbij geen aanvullende anticonceptie of een herhaling van de behandeling nodig is.
Factoren die kans van slagen beïnvloeden
In haar onderzoek evalueerde Pleun Beelen tien risicofactoren waarmee de effectiviteit van een behandeling vooraf beter in te schatten is. Bij endometriumablatie bleken jongere leeftijd, sterilisatie in de voorgeschiedenis en dysmenorroe invloed te hebben op het opnieuw ondergaan van een chirurgische ingreep. Voor de hormoonspiraal werden de factoren jongere leeftijd en ernstige dysmenorroe geassocieerd met een hoger risico op het voortijdig staken van de behandeling.
Deze prognostische factoren kunnen gebruikt worden bij het voorlichten van vrouwen over de verschillende behandelopties van HMB.
Er zijn diverse methoden om
hevig bloedverlies te behandelen. In Máxima MC
doen we hier veel onderzoek naar . De studies in het proefschrift van Pleun Beelen leveren nieuwe informatie op die bijdraagt aan een individuele behandeling op maat. Hierdoor kunnen vrouwen met HMB beter geïnformeerd worden en een goed gefundeerde keuze maken voor een behandeling.