Sporters die normaal in een zaal hun sport beoefenen, kiezen momenteel door de coronacrisis voor de buitenlucht. Ook de leden van Shizen Hontai verruilen de zaal voor een grasveld.
Net als onder meer de volleyballers, sporten ook de leden van judo- en jiujitusvereniging Shizen Hontai nu buiten. Normaal trainen ze in de sportzaal op de Kempen Campus en op zaterdag in de sportzaal van zorgorganisatie Severinus.
Contactsport
“Het probleem is dat we een contactsport zijn. Vanaf het moment dat kinderen tot twaalf jaar weer buiten mochten spelen, zijn we hier gestart”, vertelt secretaris Michiel Smetsers terwijl op een grasveld achter de sportzaal een aantal leden actief is. “het voordeel is dat we hier matten hebben die normaal in de zaal worden gebruikt. Die leggen we nu buiten op het gras met een zeil eronder”, legt Smetsers uit.
Omdat de capaciteit beperkt is, schrijven de leden via de website van de club in voor een training. Inclusief trainers mogen er per les maximaal 30 personen aanwezig zijn. Kinderen van 5 tot 12 mogen samen trainen omdat die wel met elkaar in contact mogen komen. De trainers blijven naast de mat staan. Zodra ze iets moeten voordoen, verplaatsen de kinderen zich naar de zijkant van de matten.
Nadat ze een uur getraind hebben, worden door enkele begeleiders de matten ontsmet. Na een half uur komt de volgende groep. Sinds 1 juni mogen ook jongeren van 13 tot en met 18 jaar tijdens het sporten de anderhalve meter afstand loslaten. Maar Shizen Hontai vindt dat vooralsnog niet verantwoord. “Ik zou het niet op mijn geweten willen hebben als de crisis hier weer zou beginnen”, zegt docent Ronald Kortooms die de meeste trainingen verzorgt.
